Praktijkleren met de praktijkverklaring is een laagdrempelige vorm van vakgerichte scholing. Deelnemers kunnen verschillende werkprocessen leren terwijl ze aan de slag zijn. Het instrument wordt ingezet om hun ontwikkeling te stimuleren. De doelgroep bestaat in principe uit werkzoekenden en werkenden zonder startkwalificatie, voor wie het behalen van een mbo-diploma of mbo-certificaat (nog) niet haalbaar is.
Onderzoek en resultaten
KBA Nijmegen nam voor het onderzoek allereerst een enquête af. Een mooi resultaat: 70% van de 100 sociaal ontwikkelbedrijven gaven daarvoor input. Daarnaast analyseerde KBA de cijfers van het praktijkloket van SBB, waar de praktijkverklaringen gemeld worden. Tenslotte interviewden ze 4 verschillende arbeidsmarktregio’s: Groningen, Twente, Noordoost-Brabant en Haaglanden.
Uit de resultaten blijkt dat het instrument meerwaarde heeft voor de arbeidsparticipatie van een kwetsbare doelgroep. Veel sociaal ontwikkelbedrijven zien de potentie. De regeling wordt echter nog onvolledig benut. In 15 van de 35 arbeidsmarktregio’s zijn nog geen, of nog maar een paar, trajecten afgerond. En 55 procent van alle huidige deelnemers aan de regeling zijn te vinden bij 5 sociaal ontwikkelbedrijven. Dat komt voornamelijk doordat de procedures rondom praktijkleren nog te wensen overlaten. Ook is de rol van het mbo onduidelijk en zijn er te veel regionale verschillen in de uitvoering.
Mogelijkheden voor sociaal ontwikkelbedrijven
De sociaal ontwikkelbedrijven benoemen dat een goede regionale samenwerking en sturing noodzakelijk is om praktijkleren te laten slagen. Ze geven aan dat ze hierbij zelf een belangrijke rol kunnen vervullen binnen de arbeidsmarktregio.