Proces van vallen en opstaan
Het was een proces van vallen en opstaan, klinkt het. “De directie van UWV en Weener XL zijn op een gegeven moment om tafel gegaan. Oude dossiers zijn doorgelicht. UWV heeft ons toen echter wel goed duidelijk kunnen maken wat de toetsingscriteria nu precies zijn. En daar hebben wij ons proces vervolgens op aangepast.” Weener XL ging ook bij andere gemeenten ten rade. Hoe ging het daar?
Besloten werd om elk dossier – vóór aanmelding – met UWV te bespreken. Tijdrovend, naar noodzakelijk. “Dat was echt een leerproces”, zegt Donker, “nu doen we dat alleen nog met de gecompliceerde dossiers waarover twijfels bestaan.”
Starten met een observatieperiode
En bij Weener XL werd het interne proces nog verder aangepast. Zo begint inmiddels iedereen die zich in de gemeente aanmeldt voor een uitkering, met een zogenoemde observatieperiode. In die periode wordt door verschillende professionals gekeken naar de mogelijkheden van de deelnemer.
“Uiteraard willen we de deelnemers begeleiden naar een werkplek zo dicht mogelijk bij de reguliere arbeidsmarkt”, benadrukt Donker. In observatieperiode gaan mensen voor maximaal twintig uur per week aan de slag. Meestal betekent dat drie dagdelen werken en één dagdeel trainingen die de stap naar werk ondersteunen. En na de drie maanden weet Weener XL precies wie ze in huis hebben en wat hij of zij nodig heeft en welke weg naar arbeid voor deze persoon het best past. Dat kan zijn plaatsing met loonkostensubsidie op grond van het Doelgroepregister, reguliere arbeid met sollicitatie-ondersteuning en mogelijk ook arbeidsmatige dagbesteding. “Tegelijkertijd wordt duidelijk of de persoon in aanmerking komt voor beschut werk. Ook mensen die al jaren in de bijstand zitten worden opgeroepen voor de observatieperiode en krijgen waar mogelijk een beschut werkplek.”
Weet wie je in huis hebt
Het advies aan andere gemeenten van Donker is dan ook: observeer. “Ga kijken wie deze mensen zijn, weet wie je in huis hebt. Heeft hij of zij veel begeleiding nodig? Wat voor soort begeleiding? Is een prikkelarme omgeving belangrijk? En dan kun je een goede aanvraag indienen. Dat is voor ons fijn en voor UWV, maar zeker voor de mensen over wie het gaat. Het voorkomt teleurstellingen. Veel van de mensen die voor beschut werk in aanmerking komen, zijn al heel vaak teleurgesteld, ook over hun eigen kunnen. Vooral jongeren kunnen zo’n afwijzing bijna niet aan.”
Jongeren die van het speciaal en praktijkonderwijs komen, kun je geen half jaar thuis laten zitten, weet Donker. “We bereiden de aanvraag voor beschut al samen met school voor.” Ook voor deze jongeren is er een observatieperiode, maar ondertussen wordt de aanvraag al wel ingediend. “Aan het eind van de observatieperiode kunnen ze bijna meteen door.”
Succesvolle samenwerking
Het gaat dus goed met de samenwerking tussen Weener XL en UWV. “Er wordt door andere gemeenten vaak gevraagd hoe dat contact verloopt. Het loopt heel goed. Tot tevredenheid van beide partijen.” Een goed voorbereid dossier maakt het werk bij UWV ook makkelijker.
Maar het was geen eenvoudige weg, waarschuwt Donker. “Het is een hele investering, die veel tijd en energie vraagt. Daarvoor moet je intern ook de ruimte krijgen.” De lijntjes tussen UWV en Weener XL zijn door de samenwerking een stuk korter dan voorheen. “Dus ook op andere terreinen werken we nu nauw samen, bijvoorbeeld bij de herindicaties WSW. Ook hierbij vragen we of ze een tijdje kunnen meekijken, zodat we straks op goede herindicatie kunnen sturen.”