Overslaan en naar de inhoud gaan

Taalbuddy’s op het werk

Gepubliceerd op 08 september 2025

Anderstaligen maken taalmeters in de werkpraktijk

Werkgevers weten anderstalige nieuwkomers steeds beter te vinden. De Nederlandse taal hoeft daarvoor geen barrière te zijn. Het programma Taalbuddy’s op het werk’ focust op spreken, luisteren en gesprekken voeren met collega’s en klanten. Investeren in taal zorgt voor meer werkplezier, verbinding en samenwerking op de werkvloer en voor behoud van arbeidskrachten. 

Nieuwkomers volgen vaak al verplichte inburgerings- en taalcursussen. Maar een taal leer je niet in je eentje, daar heb je contact met anderen voor nodig. ‘Ons programma Taalbuddy’s op het werk is daarom een waardevolle aanvulling,’ vertelt programmamanager Eline Dragt. ‘Anderstalige medewerkers oefenen met Nederlandse collega’s die hun taalbuddy zijn. Niet grammatica staat centraal, maar samen oefenen in spreken, luisteren en gesprekken voeren.’

Bij het programma wordt 20 weken lang 1 uur per week Nederlands geoefend, meestal onder werktijd. Dat kan een-op-een of in kleine groepjes van maximaal 5 anderstaligen zijn.

Over Taalbuddy’s op het werk

Taalbuddy's op het werk, een programma van stichting Het Begint met Taal, wordt gefinancierd door bijdragen van de bedrijven zelf, het Ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid, Instituut GAK en het Oranje Fonds: hetbegintmettaal.nl 

Sinds 2024 zijn er al 353 Taalbuddy-trajecten bij 51 werkgevers gestart.

Bedrijfscultuur en samenwerking

Samen met de taalbuddy maken anderstaligen taalmeters in de werkpraktijk. ‘Door de op vaktaal en kennismaken met de organisatie gerichte oefeningen leren ze op een laagdrempelige manier de bedrijfscultuur kennen’, stelt Dragt. ‘Hun zelfvertrouwen groeit en ze krijgen meer contact met collega’s. Daardoor durven ze de taal spreken zodat de samenwerking en verbinding met collega’s toenemen. Werkgevers vertellen ons dat investeren in taal leidt tot meer verbinding op de werkvloer.’

‘Bij Scania waren de werkinstructies alleen in het Nederlands beschikbaar. Het werktempo in de fabriek is hoog. Dan is het fijn om in een rustig tempo met een taalbuddy de taal te oefenen. De taalbuddy vertelde ons dat anderstaligen daar de vaktaal leren die essentieel is voor veilig werken. Een woord als spanbanden leer je niet op de taalcursus niveau A2. De taalbuddy’s bespreken ook de vaak ongeschreven regels op de werkvloer.’

Portretfoto van Eline Dragt
Eline Dragt


Culturele verschillen

Veel nieuwkomers zijn onbekend met Nederlandse gebruiken op de werkvloer zoals trakteren op je verjaardag. Dragt: ‘Nederlanders zijn direct. Ze zijn gewend vragen te stellen en hun mening te geven. In andere culturen is dat ongepast. Nee zeggen doe je in sommige culturen niet, dat kan leiden tot onveilige situaties. Bijvoorbeeld toen een zonnepanelenlegger zijn anderstalige collega vroeg of de elektriciteit van de machine was gehaald. De anderstalige zei ja, waarop zijn collega een schok kreeg. Nederlanders gaan ook anders om met hiërarchie: niet iedere anderstalige is het gewend dat leidinggevenden in de kantine naast het personeel hun broodje kaas eten.’

Culturele verschillen leer je vaak niet in een inwerkprogramma. Dragt: ‘Het is zo makkelijk nieuwkomers te beoordelen naar onze maatstaven: niet assertief genoeg, neemt geen initiatief. Maar als je gewend bent om in een ander land te werken is het heel erg schakelen. Daarom is het goed hierover in gesprek te gaan. Ik zou dat ook fijn vinden als ik in Kirgizië aan de slag moest.  En integratie werkt twee kanten op: we kunnen leren van de ander, bijvoorbeeld over gastvrijheid en keihard werken. Een nieuwkomer die in de horeca werkte, stuurde toen hij ziek was zijn broer als vervanger. Een creatieve oplossing uit loyaliteit aan de werkgever, die paste bij zijn cultuur. Het mooie is dat zijn broer daar nu ook werkt.’

Als werknemer bieden de lessen een kans om mijn prestaties te verbeteren en meer bij te dragen aan het team. Als persoon staan ​​ze voor leren, groei en de voldoening van het overwinnen van uitdagingen.

Jacqueline Ribeiro Blanco (werd door taalbuddy Emine Turksever begeleid)

Opleiding en begeleiding taalbuddy’s

De taalbuddy’s krijgen training, e-learnings en oefenmateriaal over onderwerpen, als praten over jezelf en communicatie. Ze krijgen praktijkopdrachten en rollenspellen mee als huiswerk die de taalbuddy bespreek in het taaluurtje. Dragt: ‘Binnenkort komen er sessiekaarten voor de buddy’s om in gesprek te gaan over onder meer feedback geven, je ziekmelden, een vrije dag aanvragen en complimenten geven.’

De taalbuddy’s worden begeleid door gecertificeerde docenten en ze hebben toegang tot de Taalcoach-academie voor extra ondersteuning en inspiratie. Het oefen- en trainingsmateriaal is samen met de Vrije Universiteit-NT2 (Nederlands als tweede taal) ontwikkeld.

Tips en adviezen

  • Geloof in mensen en de kracht van een diverse werkvloer. Mensen die de taal nog niet 100% goed spreken, hebben andere skills die van waarde zijn.
  • Corrigeer een anderstalige niet, maar hou het gesprek op gang en gebruik de goede woorden.
  • Leg het accent op wat goed gaat.
  • Iets uitgelegd? Vraag de ander het in eigen woorden na te vertellen: op die manier kom je erachter of iemand het echt snapt.

Monitoring en evaluatie

Het programmateam volgt de vorderingen van taalbuddy’s en anderstaligen op de voet. Dragt: ‘Maandelijks checken we hoe het gaat en of we kunnen helpen. Halverwege houden we een evaluatie. De anderstaligen krijgen driemaal een vragenlijst die hun zelfvertrouwen om de taal te spreken meet. Die is opgesteld in samenwerking met professor Maurice de Greef van de UNESCO-leerstoel Volwasseneneducatie van de Vrije Universiteit Brussel. 

Werkgevers krijgen na afloop een impactrapport met de resultaten voor de nieuwkomer en de ervaringen van de taalbuddy. ‘Werkgevers zeggen dat anderstaligen sneller zijn ingewerkt en de werkcultuur en de veiligheidsvoorschriften beter begrijpen’, stelt Dragt. ‘Betere communicatie voorkomt misverstanden en verhoogt de productiviteit. Bovendien voelen nieuwkomers die onze taal spreken zich sneller thuis en dat is goed voor de loyaliteit en het werkplezier.’

Portretfoto van Emine Turksever
Emine Turksever

Meer meedoen, op het werk en in de maatschappij

‘Niet iedere anderstalige collega kan 6 maanden lang een reguliere taalcursus doen. Een-op-een-begeleiding van een van onze 8 taalbuddy's is dan een laagdrempelig alternatief. Als taalbuddy zijn we goed voorbereid door het professionele instructie- en oefenmateriaal en de digitale academie. Ik spreek vaak af in een wijkcentrum, een park of in een bibliotheek dicht bij waar de collega woont. Ik vind het fijn dat ik als taalbuddy andere collega’s leer kennen en een inkijkje krijg in de werkpraktijk.

Bij Gom willen we dat iedereen een bepaald niveau Nederlands begrijpt en spreekt. Dat is belangrijk voor het werk. Maar ik zie dat mensen die de taal leren ook meer zelfvertrouwen krijgen en lekkerder in hun vel zitten. Ze doen meer mee op de werkvloer. Het neemt privé ook drempels weg. De taal spreken maakt mensen vitaler en zelfredzamer, waardoor ze meer deelnemen aan onze samenleving.’

Emine Turksever, manager Social Impact, taalambassadeur en taalbuddy bij Gom